Overpeinzingen op de maandagochtend 3 - Perswijn
Column Ronald de Groot
Columns

Overpeinzingen op de maandagochtend 3

Vorige week schreef ik over mijn avonturen met het maken van wijnafspraken in de Franse zomermaanden. Geen onverdeeld succes, dat was duidelijk. Ik kreeg meteen een paar leuke tips en adviezen met andere mogelijkheden. Waarvan er één toch ook weer weg bleek te zijn. Nou ja, lekker rustig, geen man overboord. Even genieten van het Franse land en het lekkere weer.

Ondertussen kreeg ik weer een antwoord, per mail, op een van mij eerdere bezoekverzoeken. Dat was een week of twee nadat ik mijn verzoek had verstuurd. In Frankrijk gaat de mail nog per postkoets. Maar dat was uiteindelijk de reden niet. Nee, zo liet de dame in kwestie me weten, dat kwam omdat de eigenaren geen tijd hadden gehad op mijn verzoek te reageren, zo schreef ze, in prachtig, werkelijk onnavolgbaar Frans. ‘Nous vous prions de bien vouloir nous excuser pour ce retard mais nous attendions une confirmation dans l’emploi du temps des propriétaires.’ Was Nederlands maar zo mooi. Helaas kon het bezoek niet doorgaan. ‘Retenus par d’autres obligations, Monsieur X et son gendre, Monsieur Y, ne seront pas dans la région bordelaise la semaine prochaine.’ Blijkbaar hadden meneer X, tevens eigenaar van een Premier Grand Cru Classé A te Saint-Émilion, en zijn schoonzoon, niet voldoende personeel –een wijnmaker bijvoorbeeld- om mij de wijnen van hun nederige bezitting in de Castillon ter plekke te laten proeven.

Ik moest onwillekeurig even denken aan de discussie in de media over de relaties binnen Air France-KLM tussen de botte Nederlanders en de hiërarchisch ingestelde Fransen. Het cultuurverschil is veel groter dan menigeen denkt. Omgaan met Fransen vergt een lang leerproces. Ooit zat ik tijdens de primeurproeverijen aan de lunch bij Château d’Olivier. Enkele château-eigenaren namen afscheid en vroegen of ze me zouden zien bij de afsluitende lunch. Ik antwoorde ontkennend. ‘Nee’, zei ik, ‘dan rijd ik al weer terug’. Later zei de gastheer me dat je zoiets in Frankrijk niet zegt. Je zegt gewoon ‘Ja, tot vrijdag’, ook al weet je van te voren dat je er niet bent. Zo’n negatief antwoord wordt door Fransen als te direct, en dus onbeleefd ervaren. Weer wat geleerd, zoiets gebeurt me nooit weer. Rare jongens, die Fransen, denk ik dan.  Dat wel.

Ronald de Groot

Reageer op dit item

nl Nederlands